Schiller. Schiller?
21-03-2015 Artikel van Wim VelmansIn Zeist werken wij in de meditatiewerkgroep met Mieke o.a. aan de beelden uit 'het Sprookje van de Groene Slang en de Schone Lelie' van Goethe en 'de Brieven over Esthetische Opvoeding van de Mens ' van Schiller. Lieke van der Ree vroeg mij of ik wilde vertellen waardoor ik zo enthousiast was geworden hierover.
Mieke vertelde over de vriendschap tussen de beide dichters en de samenhang tussen deze beide werken. Beiden brengen eenzelfde inhoud. Schiller als abstracte redenering en Goethe in de beelden van een sprookje. Hoe kwam het nu dat ik naast het begrip ervoor, er steeds enthousiaster over werd?
Vaak kwam het naar voren: Wat Schiller abstract redenerend bracht, brengt Goethe in beelden. En ook: We mogen het abstracte redeneren niet verwaarlozen en alleen in de beelden leven. We begonnen niet ergens vooraan waar Schiller nog heel anekdotisch vertelt over de vraagstelling en noodzaak van het onderwerp, maar gelijk met de overgang van de 10de naar de 11de brief waar hij de centrale vraag stelt: Wat is het eigenlijk menselijke, het humane en is de schoonheid daarmee verwant, of is dat een subjectieve toevoeging?Schiller begreep dat terugkijken in de geschiedenis geen antwoord gaf op deze vraag. Hij wilde puur denkend het zuiver menselijke – in relatie tot de schoonheid - bepalen. Dat stelde hij zich tot opgave en wij proberen hem daarin te volgen.
Friedrich Schiller werd geboren 1759, in het begin van de Sturm und Drang periode. Het was een tijd waarin het verlangen tot een zelfstandig denken en handelen en luisteren naar je eigen innerlijk begon op te leven. Hijzelf had deze strijd tot zijn levensopgave gemaakt. De Franse revolutie was ontaard in barbarij omdat de mens zijn midden niet kon behouden tussen 'dier en engel'.
… Dit kwam allemaal weer tot leven toen we met Schiller echt begonnen. Ik wilde het nu echt gaan begrijpen! Wat ik vroeger op de middelbare school had opgepakt en later in de vrije -school - pedagogie beter had leren kennen begon weer te borrelen. Het werkelijke enthousiasme ontstond doordat in deze groep en met de werkwijze van Mieke nu echt de aandacht rechtstreeks op de bijna ondoorgrondelijke inhouden van de brieven mogelijk werd. Nooit was het ervan gekomen om juist deze inhouden werkelijk serieus te nemen en niet alleen tevreden te zijn met de highlights die altijd geciteerd worden. Mijn enthousiasme had dus wel een bodem in het verleden – een halfbewuste liefde voor persoon en werk van Schiller als toneelschrijver en dichter. Nu kwam hij naar voren als puur denker en vriend van Goethe. Nu kon ik echt zijn wezenlijke gedachten proberen op te nemen en die zelf leren denken. De werkwijze die Mieke ons voor het reine denken aan het hart legt begon te werken. Alinea na alinea werd doorgeworsteld,vaak nog zonder resultaat van enig begrip of zicht op de bedoeling, waar wil hij heen?
De tekst leren lezen als volledig nieuw met terughouding van alle eigen associaties; de woorden tot begrijpelijke zinnen vormen; wat zegt hij hier; wat doet hij, wat brengt hij met elkaar in samenhang? Langzaamaan ontsluit zich zijn gedachtegang en voel je de moeite die hij doet om zo nauwkeurig mogelijk stap voor stap zijn betoog voort te zetten (een mooi voorbeeld van wat op de eerste bladzijde van Mieke's eerste boek 'Zoek het Licht...' staat). Schiller komt tot een mensbeeld waarin de mens in ontwikkeling is, voortdurend het midden zoekend tussen het heldere denken – dat op zich genomen tot verstarring zou leiden en het zintuiglijke, ervaarbare dat op zich genomen de mens volledig in beslag zou nemen. In een labiel evenwicht balanceert de mens op zijn weg.
Een groot ideaal dat ondergesneeuwd is in de loop van de tijd en toch zo actueel is, dat met elkaar tot leven te roepen is toch geweldig! Dan doe je iets, ook al zit je op je stoel. Op deze manier te werken aan 'Schiller ' maakt mij enthousiast want het bestuderen van de inhoud is hier ook tegelijk de weg. Hopelijk zullen nog velen deze weg vinden en gaan.